Wauw, wat een avontuur!

21 januari 2015 - Wairoa, Nieuw-Zeeland

We zijn om 8.30 uur alweer aangereden om naar de parkeerplaats te gaan vanwaar wij vertrekken naar "Cape Kidnappers Hawkes Bay".
We zijn vroeg, maar dat is niet erg. Maria en ik dobbelen een paar potjes en daarna hebben we nog tijd om de lunch en ons drinken  in te pakken voor de tocht.

Als we ons hebben gemeld wordt het al snel veel drukker en we zijn erg benieuwd hoe dat zal gaan met de tractoren.
Nou, we weten het snel. Er komen er 4 aangereden met elk 2 platte karren met kussentjes om op te zitten, een stevige ijzeren voetenplank en een leuning achter je om je aan vast te houden.
Als we de introductie horen, weten we dat het een dolle tocht gaat worden.
We rijden om 10.45 uur aan en komen langs hoge rotsen c.q kliffen. Het lijkt alleen rotsig te zijn, maar bestaat uit vele andere materialen. Van zand tot gedroogde lava. Gevormd door achterblijvend materiaal bij laag water. Er zitten in de rotsen 5 breuklijnen en her en der heb je het gevoel dat er elk moment stukken naar beneden kunnen vallen. De chauffeurs van de tractoren vermaken de mensen met verhalen over het ontstaan hiervan. Het ziet er spectaculair uit en de rit op zich was ook spectaculair. Ze reden over de robuuste ondergrond die bestond uit kiezel, grote en kleine keien en was bijna overal oneffen. Ze maakten er expres een hobbeltocht van. Ze reden serieus over de grote keien met een wiel om zoveel mogelijk gillende mensen te horen. En het is echt niet normaal zo wordt je door elkaar geschut.
Na een rit van anderhalf uur langs het strand en de onmetelijk hoge kliffen komen we aan op de plaats van bestemming.
Nu nog een lange weg te gaan om te zien waar we voor komen.
We moeten via een lange pad omhoog naar "Cape Kidnappers". Het was afzien, maar wel met een spectaculair uitzicht tijdens de wandeling van 25 minuten. Hier is de broedplaats van de "Jan van Genten". Een witte zeevogel met gele koppen en ze zitten er met ongeveer 8.000 nesten. Ze komen er naartoe in augustus om hun nest te bouwen en slechts één ei uit te broeien. Als wij er zijn hebben ze jonkies. Heel bijzonder om te zien.
Natuurlijk moeten we dezelfde weg weer terug en we zijn geradbraakt van de rit en vermoeiende wandeling ,maar we vonden het prachtig.

We moesten nog een lange tocht door de bergen rijden om naar een dit keer betaalde camping te gaan. Er moest gewassen worden, gedoucht (oh, wat lekker) watertank vullen en de vuile legen en dan morgen weer fris van start.

Foto’s